zaterdag 27 september 2025

Wandelingetje in Nieuwpoort

Korte wandeling naar Nieuwpoort. Niet het Belgische Nieuwpoort van de slag waar iedereen meteen het jaartal bij weet, maar het Nieuwpoort van de Oude Hollandse Waterlinie. De inwoners van Nieuwpoort zeggen overigens geen Nieuwpoort maar "De Poort". Het ligt tegenover Schoonhoven, aan de andere kant van de Lek, dus met het pontje overvaren en een kilometer over de dijk en dan ben je in de vesting Nieuwpoort. Het is een van de best bewaarde vestingen van ons land, waar je over de vestingwallen bijna helemaal rondom het stadje kan lopen.

 

Een mannetje kwam op de fiets aanrijden en vroeg me "die vesting, is daar nog iets van over? Toen ik aan kwam rijden zag het op een bordje staan: vesting". 
Ik wilde hem zeggen: jazeker u staat er op, en hem uitleggen wat er te zien was. Maar dat was niet naar zijn zin, hij had geloof ik een middeleeuws kasteel in gedachten en hij vroeg hetzelfde aan iemand anders "die vesting, is daar nog iets van over?" Als ik ergens een hekel aan heb dan is het aan iemand die iets vraagt en dan niet naar het antwoord luistert. Ik maakte me snel uit de voeten en liet de onnozelaar verder dromen over zijn luchtkasteel. Een poosje later zag ik hem de vesting weer uit fietsen. Hij was in de vesting geweest maar had hem niet gezien. Mooi voorbeeld van iemand die ziende blind is.

Twee onderdelen van de vesting. Links een doorgang in de vestingwal die bij hoog water afgesloten kan worden. Vroeger stond hier een stadspoort. Rechts een beer met twee monniken, wat vestingbouwkundige taal is voor een keermuur met obstakels die moeten voorkomen dat de vijand over de muur kruipt.

Nog een doorgang, aan de tegenoverliggende kant van de vesting. Ook hier stond ooit een stadspoort. En een kanon dat we misschien nog een keer nodig hebben als de Russen komen.

Bij een waterlinie is het de bedoeling dat grote stukken land onder water komen te staan zodat daarmee de vijand tegengehouden kan worden. Omdat de boeren er op zijn zachtst gezegd niet blij mee zijn als hun land onder water komt te staan, hebben ze in Nieuwpoort de inlaatsluis onder het stadhuis gebouwd om te voorkomen dat de boeren de sluis zouden saboteren. 

 


De Lekdijk tussen Schoonhovenseveer en Langerak heeft eigen putdeksels. Het is een deksel boven een waterontspanner. Nooit van gehoord. Volgens het informatiebord een systeem om bij een te hoog grondwaterpeil aan de landzijde van de dijk water af te voeren.


 


 

donderdag 18 september 2025

Wandelen in de Biesbosch (zonder Arie Boomsma)

Biesbosch  wandelroute 18 september 2025

Na de stedentrips van de afgelopen maanden wilde ik me eens gaan richten op het platteland. Geen architectuur, geen musea, geen drukte, alleen landschap. Een stapeltje wandelgidsen geleend bij de bibliotheek. Ik kon natuurlijk zo maar ergens een eind gaan lopen, maar het leek me toch aantrekkelijker om een vooraf bedachte route te volgen, liefst met een thema. Wandelgidsen zijn er te kust en te keur, van korte wandelingetjes tot aan pelgrimstochten en lange afstand wandelpaden. Een van de gidsen die ik van de bibliotheek had was het 10.000 stappen boek van Arie Boomsma. Ooit een boegbeeld van de Evangelische Omroep en nu een soort gezondheidsgoeroe. Aan deze wandelgids, uitgegeven door de ANWB, heeft hij vooral zijn naam verbonden. Hij heeft de routes niet zelf beschreven, niet bedacht en misschien zelfs niet gelopen, Maar bij elk van de 30 beschreven routes staat wel een paginagrote foto van Arie Boomsma. Is het een narcist of krijgt hij veel geld? De ANWB heeft in ieder geval getracht zoveel mogelijk uit zijn naamsbekendheid te persen.

De gids is voor mij wel aantrekkelijk om mee te beginnen want de routes zijn niet al te ver bij mij vandaan en ook niet te lang. Ik heb het boek gekopieerd en het was heel makkelijk om de fotopagina's met Arie Boomsma over te slaan dus daarom heb ik als titel "Wandelen zonder Arie Boomsma" en hij komt in de rest van dit stuk dan ook niet meer voor.

Ik heb gekozen voor een wandelroute in de Biesbosch. Bij mij het pontje over naar Gorinchem, de Merwedebrug over en bij de eerste afslag naar Werkendam. Dan ben je er al bijna. De Biesbosch, een gebied met veel water en heel misschien, met veel geluk, spot ik nog een bever.


Op bordjes wordt volop gewezen op gevaren die op de loer liggen: ondergelopen en slecht begaanbare paden, modder, gevaarlijke insecten, pas op hier voor, pas op daar voor. Nou dan zijn ze nog niet in Frankrijk geweest. Daarbij vergeleken is alles hier aangeharkt, gemaaid, gesnoeid, gestofzuigd, ik zou niet weten hoe je hier een buil kunt vallen. Ik heb netjes de voorgeschreven route gevolgd en ben daar niet van afgeweken, maar het lijkt me dat er in dit gebied wel interessantere routes te bedenken zijn. Vrij veel saaie stukken, met kaarsrechte geasfalteerde paden met aan weerskanten alleen zicht op dicht stuikgewas. Dat moet toch beter kunnen. De Biesbosch is wel in trek bij vogelaars, gewapend met grote verrekijkers en statieven.

Met zoveel water in het landschap wemelt het natuurlijk ook van de watervogels. Ik stond net op het punt om de natuurfoto van het jaar te maken, met honderden watervogels op een rij palen en takken in het water, toen ik bij het zoeken van het ideale standpunt iets te veel lawaai maakte en de hele zwerm in één beweging opvloog. Kans verkeken. Ik ben geen natuurfotograaf, ik fotografeer normaal alleen dode dingen, die vliegen niet weg.

 

 

 Een eendenkooi

 

Ik vond op een bankje langs de route deze armband. Zag er nog helemaal nieuw uit. Een soort suvival dingetje met een kompas. Ik moest even online opzoeken wat het eigenlijk was, bij BOL heb je ze al voor 8 euro dus niet echt een kapitaal. Behalve een kompas zit er een metalen schrapertje en een staafje in dat samen bedoeld is om vuur te maken. En aan de zijkant een fluitje. Dat kompas wordt helemaal verstoord door het metalen onderdeel dus daar heb je pas iets aan als je de armband loskoppelt en het metaal niet meer in de buurt komt van het kompas. 

No way dat ik hier ooit een bever zal zien. Een bever zie je alleen op plaatjes, op reclameborden en bij café "Het Bolle Bevertje".

De enige bever die ik heb gezien

Het Biesboschmuseum

Geen musea dacht ik vooraf, maar er is wel degelijk een Biesboschmuseum, en dat is nog leuk ook. Over het ontstaan van de Biesbosch, over de mensen die er werkten, en over de natuur. En ik vond er iets terug wat ik al lang vergeten was, namelijk....

Het Ketenbesluit

Ik was het totaal vergeten. Het Ketenbesluit. Toen ik bij de Gemeente Krimpenerwaard aan de bouwarchieven werkte kwam ik enkele keren oude bouwaanvragen tegen over houten noodwoningen. Die aanvragen werden getoetst aan het Ketenbesluit. Het Ketenbesluit is in 1908 door de overheid ingesteld na kritische artikelen in de dagbladen en na een onderzoek naar de mensonterende omstandigheden waaronder de griendwerkers in de Biesbosch moesten leven. Er staan eisen in waaraan de bouwsels minimaal moeten voldoen, zoals afmetingen, aanwezigheid van ramen en deuren, bouwen op vloedheuvels, enz.|

Griendwerkers, d.w.z. arbeiders die wilgentenen kappen en rietsnijders, verbleven soms een hele week in de grienden omdat ze pas naar huis gingen als hun schuit volgeladen was. Ze werkten voor een baas die het niet zo nauw nam met werkomstandigheden maar delen van de Biesbosch behoorden tot de Kroondomeinen dus het koningshuis was verantwoordelijk voor wat daar gebeurde. Andere delen waren van de Dienst der Domeinen, dus de Nederlandse staat.

Het Ketenbesluit is ontstaan naar aanleiding van de situatie in de Biesbosch maar gold wel voor het hele land. Later, net na de oorlog, zijn veel tijdelijke houten woningen gebouwd, die ook moesten voldoen aan de regels van het Ketenbesluit (dat aangepast was in 1924). De vergunning voor een tijdelijke woning was doorgaans voor 5 jaar, maar in Ouderkerk aan de IJssel (dat tegenwoordig tot de gemeente Krimpenerwaard behoort) staan nog steeds tijdelijke houten woningen uit 1946 of daaromtrent. Er zijn vergunningen voor het plaatsen van een dakkapel afgegeven voor woningen die er strikt genomen al 50 jaar niet meer hadden mogen staan.

 

"Tijdelijke" houten woningen uit 1946 in Ouderkerk aan de IJssel. Wel netjes bijgehouden, verbouwd, en waarschijnlijk aangepast aan huidige normen.

 

 Bouwtekening van een houten noodwoning, voltooid in 1949 in Stolwijk en later verplaatst naar Ouderkerk aan de IJssel.

 

 

 

zaterdag 13 september 2025

Putdeksels 2

 Deksels in Breda

Deksels in Den Bosch

Deksels in Doesburg


 Deksels in Gorinchem

Deksels in Den Helder

Deksels in Assen


vrijdag 29 augustus 2025

De kleuren van Groningen en andere verhalen - Grand Tour 31

Groningen vrijdag 29 augustus 2025

Ik las ergens dat Groningen geen mooie stad is maar wel een interessante stad, en ik kan het daar wel mee eens zijn. Als je een wandeling door de stad maakt kom je veel verrassende dingen tegen. Oude en nieuwe bebouwing wisselen elkaar af in bijna elke straat. Het lijkt er op dat de laatste jaren veel gebouwd is want ik had heel weinig, of eigenlijk niets, aan mijn SKB kleurenroute uit 1993. Het nieuwe Groninger Museum stond er toen nog niet eens. De gids beperkt zich alleen maar tot het stationsgebied dus dat was toch al magertjes. Het begint met een paar pagina's kleurtheorie van drs. Melse, waar ik zelf nog een jaar les van heb gehad en waar ik nog altijd profijt van heb. Handig bij het benoemen van kleurgebruik in de architectuur: vormontkennend/vormbevestigend, accentuerend/corrigerend, reëel/ideëel, biotopisch/contra-biotopisch. Maar als iemand nu een kleurenroute zou samenstellen dan zouden er allemaal andere objecten in vermeld staan. Dus weg met die kleurenroute en zelf op pad.

 

 Vormbevestigend, accentuerend, ideëel en contra-biotopisch kleurgebruik
  

Groninger Museum

Op de plek van het oude Groninger Museum is in 1994 het nieuwe museum ontstaan, als een eiland voor het NS station. Doorgaans wordt Alessandro Mendini genoemd als architect maar er zijn ook paviljoens gebouwd door Philippe Starck, Michele De Lucci en Coop Himmelblau. De tussenliggende ruimten zijn ingevuld door nog weer andere ontwerpers. Twee paviljoens en het middendeel zijn van Mendini zelf. De bekende gestippelde Mendini stoel stond eerst in de centrale hal waar ook de gestippelde wenteltrap is, maar de stoel is volgens een tekstje nog maar pas verworven en heeft nu een andere plek gekregen. Ik dacht dat ze die stoel al lang in bezit hadden, hij is wel iconisch voor het museum.


Coop Himmelblau ontwerpt deconstructivistisch, bijvoorbeeld door een handvol mikado stokjes te laten vallen en dan de lijnen met elkaar te verbinden tot het vlakken zijn. Ik ben er geweest kort na de opening van het museum en het was toen nog een groot probleem om dit paviljoen waterdicht te krijgen. De ruimte was bedoeld voor etsen van Rembrandt (die hingen er toen ook) en dan is het niet handig als het dak lekt. Er staat nu nog steeds niets kwetsbaars dus misschien lekt het nog steeds. Er was een opstelling van iemand die met een bootje de oceaan over zeilde, dus dat kan wel tegen een beetje water. De zeilende kunstenaar is overigens tijdens zijn reis van Amerika naar Nederland op zee verdwenen.

Het museum als geheel, het werk van Mendini en andere Italianen, is post-modern. Ik vind dat altijd een beetje kinderachtig, vormpjes als kinderspeelgoed, met stippeltjes en streepjes en zoetige kleurtjes. Het mag er wel zijn voor de liefhebbers maar het blijft nooit lang mooi, het veroudert niet mooi en het heeft zeker geen ruïnewaarde. Het gele paviljoen liep vroeger door tot in het water maar binnen de kortste keren zat er een vieze rand op het niveau van de waterspiegel, als een badkuip die al een jaar niet is schoongemaakt. Ze hebben dat volgens mij veranderd want de paviljoens hebben nu een onderste rand van beton. 

Ik heb niet veel postmoderne maquettes hoeven maken, terwijl mijn baas toen wel heel erg fan was van het werk van Rossi. Er was in die periode een tentoonstelling in het Architectuurinstituut in Rotterdam van post moderne (Italiaanse) architecten. Maquettes kwamen per vliegtuig aan op Zestienhoven en enkele maquettes van Ettore Sottsass waren naar het schijnt "uit het vliegtuig gevallen". Ik had toen de twijfelachtige eer om de stukken weer aan elkaar te lijmen zodat ze alsnog naar de tentoonstelling konden.

Textielsculpturen 

Er is veel te zien in het museum. Wat me erg aansprak waren de textielsculpturen van Joana Schneider. Een combinatie van borduren, weven en knopen.

 

Dreamhouse

Een droomhuis ingericht met postmodern design uit de eigen collectie aangevuld met heeeel veel spulletjes. Een huis dat bestaat uit negen of tien kamers met elk een eigen karakter, en verrassende kunstwerken ertussen zoals een Kiefer (Wege der Weltweisheit), een paar Warhols, een Corbijn.

 

 
Werkman mag niet ontbreken als je in Groningen bent. Rechts is geniaal "Kerkgang in de sneeuw". De witte kapjes van de vrouwen had ik eerst niet eens gezien. Je ziet ze eigenlijk alleen door de richting van de penseelstreek. Minimal art.
 

In de stad

Als het gaat om kleur in de architectuur dan springt een gebouw er wat mij betreft wel erg uit, namelijk het politiebureau. In geen enkele architectuurgids of wandelroute genoemd, vreemd genoeg, vind ik het nogal gewaagd spectaculair om zo'n enorm groot gebouw rondom helemaal smurfenblauw te maken. Qua vorm niet interessant want het is gewoon een grote rechthoekige doos. Het is de kleur die de doos minder saai maakt.

 


Twee bijzondere objecten in de stad: Een video-bushokje (?) van Rem Koolhaas en een urinoir van Rem Koolhaas in samenwerking met Erwin Olaf. Zijn blauwe foto's op het melkglazen oppervlak beelden de strijd tussen man en vrouw uit.


 Oud en nieuw - willekeurig voorbeeld


 Groninger nightmare

 


dinsdag 26 augustus 2025

De 12 musea van Elburg - Grand Tour aflevering 30

Elburg  dinsdag 26 augustus 2025

Twaalf musea? Dat zijn verhoudingsgewijs Parijse aantallen voor een plaatsje met 24.000 inwoners. Het hangt er wel een beetje van af hoe je telt, wat je nog een museum vindt en of je de omliggende dorpen (die ook bij de gemeente horen) er ook bij rekent. Ik vind zelf twee musea voor vandaag wel voldoende. 

Elburg is een pittoresk vestingstadje, een ansichtkaartendorp. Eigenlijk is het hele plaatsje een soort openluchtmuseum met al zijn smalle straatjes en monumentenpanden. Het kan er behoorlijk druk zijn, hoewel ik in de bus van Zwolle naar Elburg 40 minuten lang de enige passagier was. En dan is er ook nog een deel Elburg buiten de vesting, maar daar ben ik niet geweest.

 


Karel Kindermans in Museum Elburg

Eén van de ontdekkingen van deze dag was de reeks prachtige illustraties in Museum Elburg waarin het middeleeuwse leven in dit voormalige klooster wordt verbeeld. Na enig zoekwerk (niet vermeld in de presentatie en niet bekend bij het personeel) kwam ik uit bij Karel Kindermans. Hij noemt zich vertellend tekenaar. Citaat van zijn website over deze opdracht van het museum:

"Museum Elburg is gehuisvest in een voormalig Agnietenconvent. Dat dateert uit de middeleeuwen. Tussen 1420 en 1570 leefden daar vrouwen volgens de regels van de derde orde van St. Franciscus.
Door fotografie met getekende lijnen te combineren bracht ik het dagelijks leven van de vrouwen in beeld. De kijker kan zich op deze manier een beeld vormen van hoe de Agnieten daar leefden."

Ik heb ook bij dit museum weer de suggestie gedaan er een stripverhaal van te maken en te gaan verkopen, of op zijn minst een setje ansichtkaarten te maken. Maar ze staan je dan aan te kijken of je gek bent.

Neem eens een kijkje op de website van deze kunstenaar want hij verdient de aandacht:
https://www.kindermans.nl/projecten/mozaiek/

 



Heilige Catharina in Museum Elburg

Een andere side-show in dit museum, waar ook niet veel aandacht aan wordt gegeven, is een wandschildering waarop drie heiligen staan uitgebeeld, en de ene is, ja daar is ze weer, de Heilige Catharina van Alexandrië. De schilderingen komen uit een ander pand in Elburg, en zijn door professionals gered, overgenomen op een paneel, gerestaureerd en in het museum geplaatst. Uiteraard was ik verheugd Catharina met haar rad hier weer te ontmoeten.


Cornelis Springer in Museum Elburg

Het museum bezit een Cornelis Springer, geschilderd in Elburg. Titel in het museum is "Bij de Ravennespoort te Elburg" maar in de oeuvrecatalogus wordt deze titel gebruikt voor een tekening die als voorstudie heeft gediend, en het olieverfschilderij heet dan "Gezichtje op de Ravennespoort te Elburg". Verhandeld in 1963 voor 250 gulden. 

 


Schildersmuseum in Museum Elburg

Museum Elburg biedt op zolder ruimte aan het oude schildersambacht. Beetje nostalgie. Hoewel een generatie of wat ouder dan het materiaal uit mijn eigen opleiding, herken ik toch veel hiervan. Hout- en marmerimitaties, vergulden, letterzetten, biezen, decoreren, houtkammetjes, goudstoffer, daskwast, enz. Tegenwoordig een stichting waar ook een schildersmuseum van Openluchtmuseum Enkhuizen in zit.

 

Roosje Vecht uit Elburg

Roosje Vecht was een joodse verpleegster geboren in Elburg die bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog naar België ging om gewonden te helpen. Ze is dodelijk gewond geraakt in Veurne door een rondvliegende scherf van een vliegtuigbom (en niet een handgranaat zoals op de plaquette staat). Overgebracht naar het hospitaal in De Panne, het hospitaal van de koningin, waar ze uiteindelijk overleed. Ze is daarmee de enige Nederlandse verpleegster die in WO1 is omgekomen door het oorlogsgeweld. Er wordt in het Sjoel in Elburg (zie verder) wel iets aandacht aan haar besteed, in een gesproken tekst over de familie Vecht, maar niet in beeld. Op haar geboortehuis is een kleine plaquette aangebracht.

 


Een krans voor Roosje Vecht

In de periode dat ik bij het Florence Nightingale Instituut werkte (erfgoed verpleging en verzorging) hebben we aandacht besteed aan Roosje. Het was haar 100ste sterfdag en we hebben toen een krans gelegd in de Menenpoort in Ieper, tijdens een van de vele ceremonies die daar gehouden worden voor slachtoffers van WO1.

Meer over Roosje in het FNI dossier:
https://www.fni.nl/moedige-meid-in-oorlogstijd

 


De kranslegging in 2015 v.l.n.r.: Job Cohen, Nannie Wiegman (directeur FNI), Rick Ravensburg (Militaire Verpleegkunde en Verzorging)

De kransleggingen en ceremonies in de Menenpoort in Ieper zijn een volledig door de Engelsen gecontroleerde activiteit. Dat geldt voor bijna alles wat in de Westhoek gebeurt want voor de Engelsen is het hun slagveld, dus ze hebben bij alles een vinger in de pap. De Belgen staan het toe want ze verdienen goed aan de Engelsen. Busladingen steken het kanaal over, pelgrims, nabestaanden van gesneuvelden, klasjes schoolkinderen, bijna dagelijks. Bij de kranslegging ging het zo ver dat de naam van Roosje Vecht niet eens genoemd mocht worden, alleen een Engelsman die op dezelfde dag gesneuveld was werd vermeld. Dus niemand van het talrijke publiek weet voor wie die krans was die we daar neergelegd hebben. De Engelsen hebben een geheel eigen geschiedenis van de Eerste Wereldoorlog die sterk afwijkt van de rest van de wereld.
(Zag vandaag een quote op facebook: Vraag een vrouw nooit naar haar leeftijd, vraag een man nooit naar zijn salaris, vraag een Engelsman nooit waar al die spullen in zijn musea vandaan komen)

Het Sjoel in Elburg

Een sjoel is eigenlijk hetzelfde als een synagoge. Elburg heeft geen joodse gemeenschap meer en het sjoel is nu in gebruik als museum. Museum voor de Joodse geschiedenis, met name natuurlijk in Elburg, aan de hand van een aantal joodse families die er gewoond hebben. Daarnaast is een kleine tentoonstelling gewijd aan Hendrik Werkman van De Ploeg, vanwege zijn illustraties bij de Chassidische legenden.



 Helaas vandaag geen beeldenstorm in Museum Elburg


 

 



 

zondag 24 augustus 2025

De kleuren van Leeuwarden - Grand Tour deel 29

Kleurenroute Leeuwarden 24 augustus 2025

Ik heb een hele dag ingepland om de kleurenroute Leeuwarden te lopen, en dan ook niets anders te doen dan dat.
De Kleurengids Leeuwarden van de Stichting Kleur Buiten is uit 1989 en al erg gedateerd. Ik ben benieuwd of er nog wel iets van klopt. Gebouwen zijn misschien wel verdwenen of hebben een andere kleur gekregen. De gids zelf heeft een bijzondere opzet. In plaats van een verhaal door een kleurenspecialist is er hier voor gekozen de betrokkenen zelf aan het woord te laten. Dus bewoners, eigenaren, buren, kunstenaars, architecten, mensen van de welstand of van de gemeente. Dat geeft bijzondere verhalen over de totstandkoming van de kleurgeving. Dat ging niet altijd zonder slag of stoot.
Hieronder een selectie uit de 26 objecten van de totale kleurenroute.

 

 

 01 - Nieuwestad 63 en 65

 

Twee panden waren vroeger het onderkomen van bar-dancing Vat 69. De welstandscommissie was destijds ongelukkig met de kleurgeving. De panden waren roomkleurig geschilderd waar voorheen schoon metselwerk te zien was. Door het hele pand roomkleurig te schilderen was elke architectonische geleding verloren gegaan.
Tegenwoordig is het geen dancing meer maar horeca. De roomkleur is overgeschilderd met rood. Misschien is toch geprobeerd een steenkleur te benaderen zoals de welstand gewild had. Maar het is vrij doods en ook niet echt een steenkleur, meer een kleur uit de cosmetica.

 

 02 - Bagijnestraat 40 en 42

De kleur is door de jaren heen onveranderd gebleven. Destijds een werkplaats van een schilder en een aannemer naast elkaar. De schilder heeft als eerste zijn pand overgeschilderd van een lichte leverkleur naar geel. Daarna heeft de aannemer zijn gevel gestuct en gekeken naar de kleur van zijn buurman. Blijkbaar was iedereen tevreden want er is sindsdien niets aan de kleurstelling van gevel en kozijnen veranderd, hoewel er nu andere bedrijven in zitten

 

03 - Bagijnestraat 52 

De eigenaar-bewoner van dit pand benoemt de kleur van 35 jaar geleden als licht-aubergine. Het was in ieder geval iets paarser dan nu. Het is vast en zeker een keer overgeschilderd met een meer op baksteen lijkende roodbruine kleur

 

 04 - Westerkerk

De Westerkerk is sinds de 90er jaren een theater en heeft toen ook zijn opvallende gele kleur gekregen. En de deuren kleurden van groen naar rood. In dezelfde periode zijn ook de Hoofdwacht en de Waalse kerk geel gekleurd. (06 en 11 uit de route)

 

06 - Hoofdwacht

De Hoofdwacht aan het Hofplein had vroeger een onopvallende kleur. Sinds het lichtgeel geschilderd is heeft men oog gekregen voor de architectuur en harmonieert het met de bruine baksteen van het stadhuis er naast. Een voorbeeld van kleurgeving waar iedereen tevreden mee is.

 

07 - Stadhouderlijk hof 

 

Stadhouderlijk hof, nu een vestiging van Fletcher Hotels. De heer Timmermans, wethouder van de gemeente, was destijds zeer ontevreden over de witte kleur die het pand gekregen had: "...het was een romantisch geheel dat een eeuw geleden door een rigoureuze verbouwing totaal van karakter veranderde... van buiten is het een dooie diender... Er is niet alleen kwaliteit verloren gegaan maar het is na het pleisteren ook nog van een witte risicoloze saus voorzien met ramen in standgroen. Dat is de tijdgebonden standaardoplossing."
Tegenwoordig is het pand roze. Zou mijnheer Timmermans hier beter over te spreken zijn geweest? Ik ben bang van niet. Hij was een voorstander van een okerkleur of rode materiaal-imitatiekleur.


08 - Sint Jacobstraat 7

Mijnheer Terpstra van Monumentenzorg vertelt over dit pand dat er historisch kleuronderzoek is gedaan en de gevel in de oorspronkelijke kleuren zijn teruggebracht. Eerder was de hele gevel wit gesausd, zowel de bakstenen als de ornamenten, waardoor de kwaliteit van de architectuur niet tot zijn recht kwam. Terugbrengen in originele kleuren is niet altijd de juiste oplossing maar heeft hier goed gewerkt.

 

09 - Grote Kerkstraat


Pand van het Fries Letterkundig Museum. Is nogal eens van kleur veranderd. Op de foto in de kleurenroute heeft het pand een rode voorgevel en roze zijgevel. Later werd het rood met lichtgeel en nu rood met oker.
Nog eerder was het grauw ongeschilderd stucwerk. Overleg tussen monumentenzorg, museum, gemeente en schilder heeft geleid tot rood met roze. Daar schrok iedereen van maar is toch gehandhaafd. Blijkbaar niet voor lange tijd want daarna werd de zijgevel lichtgeel. De zware okerkleur die het nu heeft lijkt nog niet zo lang geleden aangebracht.


10 - Kleine Hoogstraat 2, 3, 22

In deze straat een aantal invullingen op opengevallen plaatsen, waarbij is afgeweken van de voorgeschreven materialen en kleuren. Wat precies de motivatie is voor de paarse kleur wordt niet helemaal duidelijk, maar omdat dit straatje al veel verschillende kleuren heeft wordt het wel best gevonden: De architect: "Juist dankzij deze bonte verscheidenheid heeft de Kleine Hoogstraat die typische aantrekkelijke binnenstadsfeer". Sommige omwonenden hoopten dat de kleur na verloop van tijd wat zou verbleken. De kleurkeuze van de kozijnen "werd bepaald door de behoefte aan een prikkelende toevoeging."
De tegels langs het onderste gedeelte van de gevels zijn later aangebracht en zijn op oude foto's niet te zien. Misschien ter bescherming van het stucwerk.

Ook in dit straatje staan enkele gekleurde panden die in de kleurenroute niet genoemd worden, waarschijnlijk later zo geschilderd door iemand die dacht ik zal ze eens laten zien wat kleur is.



 12 - Nieuweburen 107

Dit pand is uit 1639 en een rijksmonument maar ondanks dat totaal veranderd, zowel de gevelindeling als de kleur. Toen ik zelf bouwvergunningen bewerkte bij de gemeente Krimpenerwaard, geconstateerde ik ook al eens dat een monumentenstatus eigenlijk niets voorstelt. De vooruitgang hou je niet tegen. De bewoners hebben in overleg met monumentenzorg het pand gerestaureerd en de kleur bepaald. Foto links is uit de jaren 50 voor de restauratie (foto uit het monumentenregister), middelste foto na de restauratie, rechter foto huidige toestand.
De restauratie bepaalde een nieuwe stuclaag met schijnvoegen, een lichtgele gevelkleur, nieuw aangebrachte ornamenten in de kleur van de gevel, lichte kozijnen en warmrode ramen.Wat is er gebeurd?

 

 13 - La Venezia

La Venezia op Nieuweburen 137 was ooit een pakhuis, geheel van beton gebouwd in 1910. Het is al heel lang het onderkomen van ijssalon Venezia. Kunstenares Antonia Talamini wilde er bij een restauratie een cassata-ijsje van maken met lagen roze en zacht groen. Dat mocht niet en in plaats daarvan werd het heel licht grijs met iets donkerder banden daartussen. Dat is het nu nog steeds, maar wel aan een opknapbeurt toe zo te zien. Het logo van Venezia staat er nog steeds op. Ik had dat ijsje wel willen zien, dan was het een icoon geworden. Ik heb er natuurlijk wel een ijsje gekocht.

 

16 - Ossekop 1

Gevel met geel en groen geglazuurde baksteen. Op zich misschien niet uniek maar dit is een zestiende-eeuws pand. Het is geen monument geloof ik maar ze hebben de gevel toch ongemoeid gelaten Voor hetzelfde geld was er een kleurtje overheen geschilderd en dan was het verloren geweest.

 

 20 - Schoolstraat / Zaailand

Geel gepleisterde gevels. Nieuwbouw in een verder historische omgeving. De architect heeft dit bewust abstract gehouden met vlakke gevels zonder detaillering. Het blauwe blok aan het einde van de straat wordt in de kleurenroute niet genoemd maar maakt net zo goed deel uit van het kleurbeeld van de straat. Oud en nieuw gaan best samen, zoals op veel plaatsen in Leeuwarden. Dat geldt in nog sterkere mate voor Groningen maar dat is voor een volgende keer.


Kroningsdeksel

Het kroningsdeksel in Leeuwarden ligt op het Hofplein, naast het stadhuis, voor de hoofdwacht, voor het voormalig stadhouderlijk hof, naast het standbeeld van Willem-Lodewijk Graaf van Nassau en in de buurt van de Wilhelminaboom. Koninklijker kunnen we het niet maken.