donderdag 7 augustus 2025

Nijmegen, over fietsen, buitenkunst en architectuur - Grand Tour deel 24

Nijmegen 7-8-2025

Bij Nijmegen denk je wel aan wandelen maar niet meteen aan fietsen. Toch is er een fietsenmuseum en dat is best aardig. Het Velorama zoals het heet, is waarschijnlijk (ik heb het niet nagevraagd) ontstaan vanuit een privéverzameling. Het bestaat nog niet zo lang, ingericht in coronatijd, en de beeldschermen hangen er nog maar een paar weken. Het heeft ook geen officiële museumstatus. Wat is er te zien? Drie verdiepingen volgestouwd met historische fietsen, van de eerste houten loopfiets tot modellen uit de jaren 50. Eindeloos veel modellen, systemen, constructies en uitvindingen. Met twee wielen, drie wielen, vier wielen. Met en zonder trappers en kettingen. Alles in top conditie. Wat is er toch allemaal bedacht in een vrij korte periode van de geschiedenis en wat waren er veel fabrikanten waar je nu niets meer van hoort.
Ik weet niet hoeveel er staan, honderden, (navraag leverde als antwoord dat er nog meer in opslag zijn) maar het komt me zo voor dat ze nu al te klein behuisd zijn. Verrassend en zeker een bezoekje waard, zeker als je van rare technische constructies houdt.

 


Vlakbij is de Bastei. Ook een museum, in een deel van de oude vestingwerken die iets te maken hebben met het Valkhof. Het museum is voor een deel in de vestingwerken tussen oude muurresten en in catacomben, maar ook hogere verdiepingen die meer lijken op gewone museumzalen. Gangetjes, trapjes, op- en afstapjes, ik zou er niet heen gaan met iemand die slecht ter been is. Veel te zien over de geschiedenis van Nijmegen, de Romeinen, archeologische vondsten, over de rivier de Waal, over flora en fauna.

 


Architectuur en buitenkunst.

 
Ik heb opvallend veel zandstenen beelden en muur-reliëfs gezien. Dat begint al meteen bij het station. Na het station ben ik naar rechts, d.w.z. naar het zuiden gelopen. Een richting die van het centrum af gaat, dus waar alleen mensen naar toe gaan die er wonen of die er echt iets te zoeken hebben. Daar is een wijk met mooie baksteenarchitectuur. Gevels met versieringen en speelse omgang met verschillend gekleurde stenen. Alles begin 20e eeuw. Maar in Nijmegen is zowel de oude als ook de nieuwe architectuur interessant. Er is een Nijmeegs Architectuurcentrum met publicaties van vier routes langs moderne architectuur (zelf noemen ze dat hun vierdaagse van Nijmegen) en een route langs wederopbouwarchitectuur. Die routekaarten heb ik nog niet kunnen bemachtigen, de VVV heeft ze niet en het architectuurcentrum zelf ligt ver buiten het centrum. De kaarten zijn daar gratis af te halen. Daar zou je met een stadsbus naar toe moeten maar dat heb ik nu niet gedaan. Dus dat is voor een andere keer. 
Muurschilderingen zijn er ook en ook daar is weer een routekaart van gemaakt. Ze hebben hier een voorliefde voor schilderingen in poortjes zo lijkt het. Ook dat is weer iets om een volgende keer verder te onderzoeken.

 



Nijmegen is groot en er is veel te zien en te doen, teveel voor één dag, dus ik besef dat dit niet meer dan een eerste indruk is. Ik ben bijvoorbeeld nog niet eens toegekomen aan Museum het Valkhof, dat nu Valkhof Museum heet, en op een tijdelijke locatie gehuisvest is omdat de eigen locatie verbouwd wordt. Dat gebouw is een megalomaan bouwwerk aan de kop van een plein, naast de historische Valkhof. Het is twintig jaar geleden gebouwd door Ben van Berkel en de verbouwing gebeurt ook weer door hem. Van Berkel behoort niet tot mijn favoriete architecten zoals intussen wel bekend is (zie post over Arnhem). Ik denk over dit gebouw dat hij er niet langer dan een half uur aan ontworpen heeft. Een rechthoekige doos heb je al met twaalf rechte lijnen. Meer ga ik er niet over zeggen.

Toen ik voor het Openluchtmuseum in Arnhem werkte had ik enkele collega's die bij museum het Valkhof gewerkt hadden, of daar nog steeds iets deden. Het ging alleen maar over de wantoestanden die daar toen heersten, de onenigheid tussen medewerkers, de ruzies, een komen en gaan van directeuren. Een citaat uit een persbericht uit die tijd: "Het Valkhof behoorde tot 2013 tot de succesvolste musea van Nederland. Vanaf dat jaar kreeg het museum te maken met zware bezuinigingen, terwijl binnenshuis een organisatorische en financiële wanorde ontstond."
De gemeente Nijmegen en de provincie Gelderland pompen er weer miljoenen in. 

Parallel hieraan, met nog meer miljoenen, ontstaat nu dan ook eindelijk een nieuw depot voor archeologische vondsten. Eerst hadden de stad Nijmegen en de provincie Gelderland elk een eigen depot, dat wordt nu samengevoegd. Daar was al sprake van toen ik jaren geleden een sollicitatie deed bij het depot van de stad. Dat was één grote miscommunicatie. De twee medewerkers waar ik het sollicitatiegesprek mee had dachten aan een registrator voor archeologische vondsten, maar ze werden teruggefloten door de directie die dacht aan iemand die in een bestelbusje de stad door reed om vondsten op te halen om ze daarna uit te stallen op een tafel zodat een conservator er naar kon kijken. Dat was voor mij een verrassing en ik zag mezelf niet rondrijden in een busje. Daar hoef je ook geen procedure voort te houden, zo iemand kan je gewoon van straat plukken. Maar goed, het gaf mij toen die dag wel de gelegenheid om dat depot van binnen te zien en dat was imposant. Een grote hal, vergelijkbaar met een grote vestiging van Gamma, met stellingen die van vloer tot plafond vol staan met plastic Curver kratjes waar in plastic zakjes alle potscherven, stenen, metaaldelen, enz. in zaten. Soms een plakkertje er op met de vindplaats, maar grotendeels ongeregistreerd.

Waar ik vandaag ook niet ben geweest is het Maelwael van Lymborch huis. Dat is op donderdagen niet open, dat wist ik wel. Maar ik ga volgende keer zeker de rondleiding doen.

 

 
De muurschildering rechts vertelt het levensverhaal van keizerin Theophanu. Ze kwam uit Byzantium en is doodgegaan in Nijmegen. Voor mij een onbekend historisch figuur, maar niet onbelangrijk want ze heeft Sint Nicolaas meegebracht naar Nederland. De maakster van de muurschildering heeft ook een boekje geschreven over haar: "Theophanu, prinses uit het Oosten, keizerin van het Westen", door Mariëtte Verhoeven.
 

 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten