Posts tonen met het label Springer. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Springer. Alle posts tonen

dinsdag 26 augustus 2025

De 12 musea van Elburg - Grand Tour aflevering 30

Elburg  dinsdag 26 augustus 2025

Twaalf musea? Dat zijn verhoudingsgewijs Parijse aantallen voor een plaatsje met 24.000 inwoners. Het hangt er wel een beetje van af hoe je telt, wat je nog een museum vindt en of je de omliggende dorpen (die ook bij de gemeente horen) er ook bij rekent. Ik vind zelf twee musea voor vandaag wel voldoende. 

Elburg is een pittoresk vestingstadje, een ansichtkaartendorp. Eigenlijk is het hele plaatsje een soort openluchtmuseum met al zijn smalle straatjes en monumentenpanden. Het kan er behoorlijk druk zijn, hoewel ik in de bus van Zwolle naar Elburg 40 minuten lang de enige passagier was. En dan is er ook nog een deel Elburg buiten de vesting, maar daar ben ik niet geweest.

 


Karel Kindermans in Museum Elburg

Eén van de ontdekkingen van deze dag was de reeks prachtige illustraties in Museum Elburg waarin het middeleeuwse leven in dit voormalige klooster wordt verbeeld. Na enig zoekwerk (niet vermeld in de presentatie en niet bekend bij het personeel) kwam ik uit bij Karel Kindermans. Hij noemt zich vertellend tekenaar. Citaat van zijn website over deze opdracht van het museum:

"Museum Elburg is gehuisvest in een voormalig Agnietenconvent. Dat dateert uit de middeleeuwen. Tussen 1420 en 1570 leefden daar vrouwen volgens de regels van de derde orde van St. Franciscus.
Door fotografie met getekende lijnen te combineren bracht ik het dagelijks leven van de vrouwen in beeld. De kijker kan zich op deze manier een beeld vormen van hoe de Agnieten daar leefden."

Ik heb ook bij dit museum weer de suggestie gedaan er een stripverhaal van te maken en te gaan verkopen, of op zijn minst een setje ansichtkaarten te maken. Maar ze staan je dan aan te kijken of je gek bent.

Neem eens een kijkje op de website van deze kunstenaar want hij verdient de aandacht:
https://www.kindermans.nl/projecten/mozaiek/

 



Heilige Catharina in Museum Elburg

Een andere side-show in dit museum, waar ook niet veel aandacht aan wordt gegeven, is een wandschildering waarop drie heiligen staan uitgebeeld, en de ene is, ja daar is ze weer, de Heilige Catharina van Alexandrië. De schilderingen komen uit een ander pand in Elburg, en zijn door professionals gered, overgenomen op een paneel, gerestaureerd en in het museum geplaatst. Uiteraard was ik verheugd Catharina met haar rad hier weer te ontmoeten.


Cornelis Springer in Museum Elburg

Het museum bezit een Cornelis Springer, geschilderd in Elburg. Titel in het museum is "Bij de Ravennespoort te Elburg" maar in de oeuvrecatalogus wordt deze titel gebruikt voor een tekening die als voorstudie heeft gediend, en het olieverfschilderij heet dan "Gezichtje op de Ravennespoort te Elburg". Verhandeld in 1963 voor 250 gulden. 

 


Schildersmuseum in Museum Elburg

Museum Elburg biedt op zolder ruimte aan het oude schildersambacht. Beetje nostalgie. Hoewel een generatie of wat ouder dan het materiaal uit mijn eigen opleiding, herken ik toch veel hiervan. Hout- en marmerimitaties, vergulden, letterzetten, biezen, decoreren, houtkammetjes, goudstoffer, daskwast, enz. Tegenwoordig een stichting waar ook een schildersmuseum van Openluchtmuseum Enkhuizen in zit.

 

Roosje Vecht uit Elburg

Roosje Vecht was een joodse verpleegster geboren in Elburg die bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog naar België ging om gewonden te helpen. Ze is dodelijk gewond geraakt in Veurne door een rondvliegende scherf van een vliegtuigbom (en niet een handgranaat zoals op de plaquette staat). Overgebracht naar het hospitaal in De Panne, het hospitaal van de koningin, waar ze uiteindelijk overleed. Ze is daarmee de enige Nederlandse verpleegster die in WO1 is omgekomen door het oorlogsgeweld. Er wordt in het Sjoel in Elburg (zie verder) wel iets aandacht aan haar besteed, in een gesproken tekst over de familie Vecht, maar niet in beeld. Op haar geboortehuis is een kleine plaquette aangebracht.

 


Een krans voor Roosje Vecht

In de periode dat ik bij het Florence Nightingale Instituut werkte (erfgoed verpleging en verzorging) hebben we aandacht besteed aan Roosje. Het was haar 100ste sterfdag en we hebben toen een krans gelegd in de Menenpoort in Ieper, tijdens een van de vele ceremonies die daar gehouden worden voor slachtoffers van WO1.

Meer over Roosje in het FNI dossier:
https://www.fni.nl/moedige-meid-in-oorlogstijd

 


De kranslegging in 2015 v.l.n.r.: Job Cohen, Nannie Wiegman (directeur FNI), Rick Ravensburg (Militaire Verpleegkunde en Verzorging)

De kransleggingen en ceremonies in de Menenpoort in Ieper zijn een volledig door de Engelsen gecontroleerde activiteit. Dat geldt voor bijna alles wat in de Westhoek gebeurt want voor de Engelsen is het hun slagveld, dus ze hebben bij alles een vinger in de pap. De Belgen staan het toe want ze verdienen goed aan de Engelsen. Busladingen steken het kanaal over, pelgrims, nabestaanden van gesneuvelden, klasjes schoolkinderen, bijna dagelijks. Bij de kranslegging ging het zo ver dat de naam van Roosje Vecht niet eens genoemd mocht worden, alleen een Engelsman die op dezelfde dag gesneuveld was werd vermeld. Dus niemand van het talrijke publiek weet voor wie die krans was die we daar neergelegd hebben. De Engelsen hebben een geheel eigen geschiedenis van de Eerste Wereldoorlog die sterk afwijkt van de rest van de wereld.
(Zag vandaag een quote op facebook: Vraag een vrouw nooit naar haar leeftijd, vraag een man nooit naar zijn salaris, vraag een Engelsman nooit waar al die spullen in zijn musea vandaan komen)

Het Sjoel in Elburg

Een sjoel is eigenlijk hetzelfde als een synagoge. Elburg heeft geen joodse gemeenschap meer en het sjoel is nu in gebruik als museum. Museum voor de Joodse geschiedenis, met name natuurlijk in Elburg, aan de hand van een aantal joodse families die er gewoond hebben. Daarnaast is een kleine tentoonstelling gewijd aan Hendrik Werkman van De Ploeg, vanwege zijn illustraties bij de Chassidische legenden.



 Helaas vandaag geen beeldenstorm in Museum Elburg


 

 



 

donderdag 10 juli 2025

Deventer, meer dan koek en boeken ? toch ? - Grand Tour deel 17

Deventer is niet alleen koek en boekenmarkt. Tenminste, daar ging ik wel van uit. Ik wist lange tijd niet hoe ik Deventer moest typeren. Ik weet het nu nog niet. Er is niets eigens. Alles in Deventer kan je ook in andere plaatsen vinden. Dat hoeft niet perse fout of negatief te zijn. Deventer is alles door elkaar, oud en nieuw, mooi en lelijk. Rondom het historische centrum vooral stijlloze kantoorgebouwen die nergens op aansluiten. In het centrum veel plekken waar nieuwe invullingen gemaakt zijn tussen historische panden en dat gaat over het algemeen wel goed. Geen eenheid van stijl en al helemaal geen kleurplan. Wel eigen is een putdeksel dat door de hele binnenstad heen te vinden is. De openingen zijn letters en ik kan in de bovenste regel het woord DEVENTER herkennen, en de onderste regel ook maar dan op zijn kop. Daar tussenin weet ik niet. Wie helpt ? Misschien staat er niets en is het een vrij spel van letters.

 

Deventer heeft een stuk of vijf musea of pseudo-musea. Die ga ik niet allemaal aflopen want ik wil vooral iets van de stad zien. In het NS station begint het al met een 'langsloopmuseum'. Een etalage eigenlijk of is het vitrine? Een hobbyist toont hier zijn schaalmodellen van fantasie landschapjes.

EICAS

Het eerste echte kunstmuseum is het EICAS, in een oud schoolgebouw. Te zien zijn navolgers van de NUL-beweging. Maar eindeloos veel interessanter is de (gast)presentatie van galerie Blauwdruck in het souterrain. Het zijn jonge aankomende kunstenaars die aangesloten zijn bij deze galerie en nu hier een verkoopexpositie houden. Vooral werk dat gemaakt is met gevonden of gerecyclede materialen. Zo'n inspirerende sessie waardoor je meteen zelf aan de slag wil.

Geen schilderwerk maar opgebouwd uit draadjes gekleurd katoen

 Dit kan je ook doen met oude registratiekaartjes - een aaibaar papier-reliëf



Er zijn toch altijd weer mensen die iets leuks weten te bedenken. Dit gaat over iemand die workshops geeft met oude stencilmachines. Schijnt dat zelfs mensen uit het buitenland komen om kunst te maken door middel van stencillen. Ook leuk als groepsuitje, max 8 deelnemers tegelijk.

 

Geert Grote Huis

Het Geert Groote Huis is geheel gewijd aan het leven en werk van Deventenaar Geert Groote, grondlegger van de Moderne Devotie (14e eeuw). Piepklein museum met sterk moraliserend verhaal over religie, zonden, prostitutie, drankmisbruik, geweld, seks, gokken, losbandige jeugd, enz. Alleen voor liefhebbers, ik was er snel mee klaar.

Museum De Waag

Museum De Waag is eigenlijk het enige echte museum in Deventer, en zelfs dit is niet erg groot. Deventer is toch niet echt een museumstad.  

Op de begane grond de lopende wisseltentoonstelling Heavy Metal, over metaalambachten in Deventer: zilversmeden, brons- en tingieters. Niet heel uitgebreid, gelijk verdeeld over de drie ambachten, met daarbij informatie over drie families die in elk ambacht werkzaam waren. Mijn interesse ging vooral uit naar het zilver, met de familie Hallegraaf (in mijn eigen database als Hellegraaf) waarvan 12 leden als zilversmid werkzaam geweest zijn. Bijzonder in de expositie is een koperen insculpatieplaat, waar zilversmeden hum meesterteken in afsloegen. Ik dacht dat die platen veel groter waren.
Er is voor de gelegenheid een nieuw boek uitgekomen: "Deventer goud- en zilversmeden". Mooi boek, mag het Zilvermuseum aanschaffen, het is mij te duur.

 
Een insculpatieplaat en een bodebus. En wat hangt daar onderaan te bungelen, dat lijkt wel een Gulden Vlies, van zilver

 

 
Springer en Van Meegeren

Op de hogere verdiepingen meer over de geschiedenis van Deventer en schilderijen. Schilderij De Waag, van Cornelis Springer (deze is niet nageschilderd door mijn vader), en werken van de meestervervalser Han van Meegeren, die uit Deventer kwam.

 

Deventer heeft iets met fietsen: gewenst of ongewenst, in ieder geval gereguleerd, en de mooiste fietsenstalling die er is, onder de gietijzeren kap van de voormalige botermarkt.

Naar huis met een trommeltje Deventer koek. Natuurlijk van de uitvinders: Bussink Deventer Koek.


 

woensdag 18 juni 2025

Grand Tour deel 9 - Alkmaar; alles is kaas

Alkmaar - kaasmuseum, stedelijk museum en de schilderijen van Springer

Een dag later dan de bedoeling was vanwege de treinstakingen, bezoek ik vandaag Alkmaar. Mijn relatie met Alkmaar gaat terug naar de tijd dat ik nog maquettes maakte. We hadden een stadsmaquette van Alkmaar gemaakt voor in het toen net nieuw gebouwde stadhuis. Dat staat op een soort schiereiland, heeft de vorm van een banaan en eindigt op de kop in een punt. Die punt veroorzaakt binnen een driehoekige ruimte en daar was de maquette op afgestemd. De maquette bestond dus uit een driehoekige tafel van een paar vierkante meter. Niet iedereen binnen de gemeente Alkmaar kende een zelfde waarde toe aan de maquette en ongeveer een jaar later, toen de driehoekige ruimte ergens anders voor nodig was, gingen er stemmen op om de maquette maar weg te gooien. Door inzet van één man, met de volgens mij typisch Noordhollandse voornaam Joan, bleef de maquette behouden en kreeg een plaatsje tegenover de afdeling Sociale zaken. Maar toen iemand daar te horen kreeg dat zijn uitkering zou worden opgezet ging hij door het lint en smeet een volle kop koffie, met melk en suiker, over de maquette heen. Ik geloof dat we met twee man een week lang, zittend op onze knieën, huisjes hebben moeten schoonwassen. Dat was voor mij Alkmaar.

 

stadhuis en maquette

In Alkmaar schreeuwt alles KAAS. Dat begint al voor het station, met stapeltjes van steeds twee kazen van beton, die uitnodigen om op te gaan zitten. Dat kun je beter niet doen want er zitten fonteinen in verborgen. Het stationsgebouw zelf is een ontwerp van Abe Bonnema.


het station van Bonnema

Noordhollandse kaas

Wat is toch het geheim van Noordhollandse kaas. Dat wilde ik nou wel eens weten. Ik kom zelf uit een kaasregio maar voor mij geen Goudse, Stolwijkse of Vlister kaas, of wat voor kaas uit de Krimpenerwaard dan ook, er gaat niets boven oude Noordhollandse. Vanuit de trein zie ik koeien op weilanden die er toch wel een beetje anders uit zien dan bij ons. Niet van die strenge rechthoeken met alleen gras en kaarsrechte sloten, geen groene woestijn, maar soms ook kronkelende sloten en struikjes en andere gewassen op de weilanden. Is dat het? Hebben de koeien meer afwisseling in hun voeding hier? En zijn ze gelukkiger als ze niet alleen in rechte lijnen heen en weer hoeven te lopen? (melkpakkenwijsheid: koeien slapen maar 20 minuten per dag)

In de stad heb ik geprobeerd om vergelijkingsfoto's te maken, toen en nu foto's bij twee schilderijen die mijn vader heeft geschilderd en die laatst in de expositie hebben gehangen. Nageschilderd van Cornelis Springer en J.J.C. Spohler. Tijdgenoten ongeveer  (romantiek) en met hetzelfde grachtje met ophaalbrugje en in de verte de waag. De vergelijking lukte niet heel erg goed, vooral vanwege de uitbundig in blad staande bomen die al het zicht wegnemen.


 
Aan het einde van deze gracht staat de kaaswaag en daar is nu het kaasmuseum. Daar weten ze alles over kaas natuurlijk. De trap naar boven is kaas en de dame bij de ontvangst roemt mijn kaaskleurige rugzak. Leuk om de traditionele kaasmakerij weer eens te zien, die ik als kleine jongen zelf heb gezien op de boerderij van Van Zelderen waar ik altijd ging spelen. Van de fabrieksmatige productie wist ik eigenlijk niets, er is een informatief filmpje dat speciaal voor mij wordt opgestart. Aan de muur twee "stambomen" met de fusies van de vele kleine kaasmakerijen tot de twee grote fabrieken die er uiteindelijk uit voortgekomen zijn: Campina en Cono. Het museum wordt waarschijnlijk zwaar gesponsord door de firma Lutjewinkel want die kom je overal tegen. Dat begint al met een kaasblokje bij binnenkomst.



En ja hoor, een Gulden Vlies, niet van goud maar van aluminium o.i.d. dit keer.  Een wisselprijs die jaarlijks werd uitgereikt aan de kaasmakerij met de beste beoordeling voor smaak en geur. De prijs was sinds 1965 beschikbaar gesteld door restaurant Het Gulden Vlies. Het restaurant bestaat niet meer, en de prijs ook niet.
 
De stad Alkmaar lijdt aan putdekselarmoede dus daar kan ik kort over zijn. Tussen de vele oude pandjes kwam ik een paar kleurincidenten tegen: een jaren 30 pand van een kunstenaarscollectief met lichtpaars en lichtblauw schilderwerk en een woning met fel oranje kozijnen en donkerrode luiken.
Tijd voor het Stedelijk Museum. Heel simpel ingedeeld: beneden historie van Alkmaar, boven Bergense School. Begane grond niet toegankelijk want daar wordt een nieuwe tentoonstelling ingericht: Verlangen naar Egmond, over de schilders daar, die mis ik dus net want gaat over twee weken open.
 

Beneden heel veel schuttersstukken en portretten. Een uitleg over de staf die de provoost van een schutterij bij zich draagt, op alle grote schuttersstukken te zien. Gemaakt van ebbenhout en ingelegd met parelmoer en zilver. De Nederlanders hebben op Mauritius zoveel ebbenhout gekapt dat de boom daar nu is uitgestorven en heel Mauritius is ontbost. We hebben nog heel wat uit te leggen. Verder een kunstkast, die ze hier de "uitbundige kast" noemen. 
Boven dus Bergense School, soms wel kleurrijk maar over het algemeen toch een beetje somber.

In de museumwinkel kom ik opnieuw het tweedelige The Book of Colour Concepts tegen. Ik sluit niet uit dat ik het toch een keer ga kopen, maar nu niet. Mooie kleurige theedoeken ook.

Ik verlaat Alkmaar met de onvermijdelijke Rudi Carrell, wereldberoemd in heel Duitsland.