dinsdag 29 juli 2025

Grand Tour deel 23 - Assen - Hollandse architectuur

Assen op dinsdag 29 juli 2025

Architectuurliefhebbers kunnen hun hart ophalen in Assen, aan Hollandse bouwstijlen van eind 19e en begin 20e eeuw. Straat na straat fraaie gevels, herenhuizen, villa's. De bevolking moet rijk geweest zijn of is dat misschien nog wel. Veel eclectische bouw, met profiellijsten boven de ramen met voorgevormd stucwerk. Ook aardig wat panden met art-nouveau decoraties. Baksteenarchitectuur van eerste helft 20e eeuw. Eigenlijk een hele staalkaart van wat Nederland heeft voortgebracht. En architectuur zien betekent lopen, veel lopen.

 




Assen heeft een Bommel en Tom Poes museum. Dat was een verrassing maar helaas was het gesloten. Anders was ik er zeker binnengegaan, ik was altijd liefhebber van die strip, trouwens van alles van Marten Toonder. Ik hoop dat het blijft bestaan, het Hans G. Kresse museum is ook al ter ziele. Echte oude Hollandse helden.

 

Het kroningsdeksel heeft in Assen een waardige plek gekregen, op het plein voor het Drostenhuis.
 

 

Drents Museum

In het Drents Museum heb ik veel mooie dingen gezien maar ik heb niets begrepen van de opzet en de bedoelingen van het museum. Niets begrepen van de routes, van de benamingen van zalen en tentoonstellingen (Labyrinthia wat bedoelen ze er mee?), niets begrepen van de plattegrond. Ik heb me ook gestoord aan de geluidsbanden met hoorspel-achtige scenes in elke ruimte. Storend hard en alles door elkaar. Het is allemaal een beetje ver doorgeslagen en dat gaat ten koste van de beleving. Ik kan gerust zeggen dat ik geen aangenaam bezoek heb gebracht. Ik zou er graag de bezem doorhalen en alle overbodige rommel de deur uit vegen. Een expositie hedendaagse figuratieve kunst was prachtig. De titel GenF, waar slaat dat op? Dat zou dan een toonaangevend museum zijn maar ik denk dat de verkeerde mensen daar bezig zijn. Aan de collectie ligt het niet.

 




Bartje

Wie Assen zegt, zegt Bartje, althans een halve eeuw geleden. Hoe het nu met Bartje gaat in Assen weet ik niet precies maar hij is niet helemaal vergeten. Een beeld van Bartje staat in het groenperkje bij het Drents Archief, het originele beeld zou binnen in het archief moeten staan, maar dat heb ik niet gecontroleerd. Het beeld is gemaakt door beeldhouwster Suze Berkhout. Bartje heeft al veel moeten doorstaan. Het beeld had een vaste standplaats in Assen tot het werd gestolen, later teruggevonden  in Groningen. Toen van zijn sokkel gestoten waardoor beide beentjes braken. Later zijn rechtszaken gevoerd over de vervaardiging en verkoop van kleine kopieën van het beeldje in souvenirwinkels. De rechten op vervaardiging waren door de beeldhouwster exclusief gegund aan de plateelbakkerij Schoonhoven, en alle kopieën kregen een rechtszaak aan de broek. In kranten werd regelmatig verslag gedaan van de "zaak Bartje". Er bestonden zelfs in de Filipijnen vervaardigde houtsnijwerk versies waarbij Bartje opeens een Aziatisch uiterlijk had gekregen en hij had ook geen klompjes meer maar een ander soort vierkantig schoeisel. Intussen, zoveel jaren later, zijn er talloze versies van Bartje die niet allemaal even goed lijken op het originele beeld. Er is zelfs een reuzen-Bartje van kunststof. En dat bronzen ding in de tuin bij het archief lijkt ook nergens op.

 

Voor wie echt helemaal niet weet wie Bartje is. Bartje was een Drents boerenjongetje dat niet voor bruine bonen wilde bidden. Het ventje was het geesteskind van schrijver Anne de Vries, later verfilmd tot televisieserie waar heel Nederland voor thuisbleef. In veel Nederlandse huiskamers stond een wit geglazuurd of een terracotta beeldje van Bartje. Bij ons thuis dus ook (waar is dat ding gebleven?). De beeldjes werden in opdracht vervaardigd door de plateelfabriek in Schoonhoven, de voormalige fabriek naast mijn huis die enkele jaren geleden omgebouwd is naar woningen en appartementen. Bij het leeghalen van de fabriek zijn alle gipsen mallen, duizenden en duizenden, in de container gegooid en afgevoerd. Ik heb zeker 40 van zulke volle containers weg zien gaan. Het museum in Gouda wilde ze niet hebben. Het was de hele geschiedenis van de fabriek die zo de containers in ging want ze hadden alles bewaard, stellingen vol. Waarschijnlijk is Bartje ook zo aan zijn einde gekomen.

 


vrijdag 25 juli 2025

Breda, niets is wat het lijkt te zijn - Grand Tour 22

Breda - vrijdag 25 juli

In Breda weer een Kroningsdeksel. De aanbeveling voor plaatsing was een prominente plaats in stad of dorp, voor een stadhuis of bijvoorbeeld in een straat die verwijst naar het koningshuis. In Breda hebben ze een originele plaats bedacht: voor een openbaar toilet in het park.



MURALS 

Breda is een stad van muurschilderingen.Een honderd-tal geschilderd onder de noemer Blind Walls Gallery. Die zijn voorzien van een bordje met titel van het werk en vervaardiger, en soms een stukje tekst als de schildering gebaseerd is op een gebeurtenis ter plaatse. Daarnaast nog talloze 'wild' geschilderde muren wat het totaal op meer dan 300 zou brengen? Ik heb er maar een paar gezien. Er zijn wandel- en fietsroutes uitgezet waar je dagen mee kan vullen. 

 



Een van de muurschilderingen in de stad is een afbeelding van de Heilige Catharina, die kom je ook overal tegen. Herkenbaar aan het gebroken rad als attribuut (zie Heilige Catharina in het Ikonenmuseum Kampen), De schildering is losjes gebaseerd op een schilderij van Caravaggio volgens het bijschrift. De muurschildering bevindt zich niet in de Catharinastraat wat je misschien zou verwachten, maar op het kloosterplein tegenover het voormalige Catharinaklooster. Ze heeft als extra attributen hier gereedschappen gekregen voor archeologische opgravingen. Dat is weer een heel nieuwe taak voor Catharina, die kenden we nog niet.

 

Heilige Catharina door Studio Anti-Held en door Caravaggio

Tegenover stond dus het Catharinaklooster en daarvan rest nog de kloosterkerk. Hierin zit nu een vestiging van Holland Casino. Dat hadden de nonnen ook nooit gedacht. De kopgevel van deze kerk heeft een nieuw ingemetseld gedeelte met daarin wat vreemd gevormde ramen, net niet rond tot plat ovaal. Ik moest denken aan een kunstwerk van Jan Dibbets die ook met ronde ramen in verschillende perspectieven heeft gespeeld. Maar nee, het is niet wat het lijkt, de uitleg is simpeler, het zijn een stel vallende fiches van het casino.

 


Het Stedelijk Museum heeft een expositie over muurschilderingen. Ze hebben een tiental kunstenaars schilderingen laten maken op tijdelijke wanden in het museum. Is het dan nog street-art als je het naar binnen haalt? Niet dus. 

 


Ook raar is een beeldmerk dat ze gebruiken bij de Blind Walls tentoonstelling, buiten op straat en in de tentoonstelling zelf. Het is een foto van een soort putdeksel, of eigenlijk meer een gegoten metalen markering in de straat, die de positie van een voormalige stadspoort aangeeft. Wat het met muurschilderingen te maken heeft weet ik niet ('poort naar een andere dimensie' is wel heel vaag) maar omdat het voor mij binnen de categorie putdeksels valt wilde ik er een foto van maken. Ik op zoek naar dat deksel, natuurlijk op de plek van die poort, voor het museum of de kruising ernaast, maar niet te vinden. Navraag in het museum veroorzaakte een discussie waar op het laatst vier mensen bij betrokken waren. Niemand wist het echt maar er kwam uit dat de gebruikte foto afkomstig was van het stadsarchief, en dat de kruising nog niet lang geleden helemaal opnieuw bestraat is. Er liggen nu klinkers in plaats van de kasseien die je op de foto kan zien. Conclusie is dat het ding is verdwenen, niet teruggeplaatst, weggegooid, meegenomen door iemand. De resten van de fundering van de poort zijn ook verdwenen. We (Ze) hebben de foto nog maar zo gaat Breda dus om met erfgoed. En het museum heeft niet nagedacht bij het gebruik van die foto, in ieder geval geen rekening gehouden met het feit dat een dwaas misschien op zoek zou kunnen gaan naar het origineel.

CHASSé

Jaren geleden, in 1994 om precies te zijn, heb ik meegewerkt aan een prijsvraagmaquette voor de herontwikkeling van het Chassé-terrein, de plek van de voormalige Chassé-kazerne. Onze inzending, van architect Ashok Bhalotra/Kuiper Compagnons heeft toen niet gewonnen, maar gekozen is voor een team met daarin onder andere Rem Koolhaas/OMA. We hadden een maquette met ingebouwde verlichting en ik herinner me nog dat we de grootste moeite hadden om hem lichtdicht, dus zonder lichtlekkages, te krijgen.

Ik heb een stukje van het gebied gelopen en herkende alleen het Chassé-theater van Hertzberger met zijn markante golvende dak. In het programma van eisen destijds was voorgeschreven een groen maaiveld zonder auto's, parkeren ondergronds, en verspreid in het groene maaiveld woontorens voor een bepaald aantal woningen. Daartussendoor slingerende voet en fietspaden. Dat is het dus ook geworden maar of dat nou een aantrekkelijke woonomgeving oplevert kun je je afvragen. Ik vond het nogal doods en niet op menselijke schaal. Ik begrijp dat er nu al weer plannen zijn voor een nieuwe herontwikkeling. Is het dus echt zo dat moderne architectuur maar 30 jaar meegaat, zoals ze van de Vinex-wijken beweren?

 



 Het gele woongebouw is Trespa-punaisebouw

 

 Ook dit is Breda:



 

dinsdag 22 juli 2025

Ikonisch Kampen - Grand Tour deel 21

 22 juli 2025 - Kampen

EEKA fabriek

Vanuit de trein zag ik een oud en vervallen fabrieksgebouw. Vroeger was dat voor mij een geliefd foto-onderwerp. Ik ging voor oud industrieel erfgoed naar de Londense Docklands, naar het kolen- en staalgebied in Lotharingen, de Borinage en het Saarland. Vanaf het station liep ik een stukje terug, strikt genomen niet in Kampen maar in IJsselmuiden, en kwam bij de fabriek, die toch niet zo heel erg verlaten was als ik dacht maar gebruikt wordt door kunstenaars en andere creatievelingen. Op het terrein kwam ik de beheerder tegen die me vertelde dat het een oud gebouw is van de voormalige meubelfabriek EEKA. Hij bood me aan ook even binnen een kijkje te nemen waar ik natuurlijk graag op inging. Binnen is het helemaal opgeknapt en heb je niet het idee in een vervallen fabriek te zijn. Met gevoel voor de historie van deze plek heeft men van marktplaats zelfs enkele EEKA meubeltjes op de kop weten te tikken die hier en daar zijn neergezet. Het zijn vooral houten kantoormeubelen.



Ikonenmuseum Kampen

Fascinerend is het Ikonenmuseum. Zonder beeld van wat ik kon verwachten werd ik gegrepen door de schoonheid van de ikonen. Ik weet niets van de bijbelse verhalen die worden uitgebeeld, niets van de religieuze achtergrond maar ik beoordeel ze gewoon op hoe ze er uit zien, de enigszins naïeve stijl, de steeds terugkomende kleurcombinaties met veel rood en goud, de paneeltjes waarop ze zijn geschilderd. Je zou er stil van worden. En het museum heeft er veel, enkele duizenden hoorde ik later, waarvan er toch wel zo'n 150 te zien zijn denk ik. De ikonen ademen voor mij dezelfde sfeer als de shadow-boxes van Joseph Cornell, je weet niet wat de kunstenaar bedoelt, welk verhaal er bij hoort, maar het is fascinerend om naar te kijken.

 


Heilige Catharina 

Ik had een vraag bij een bepaald icoon, die de suppoost niet kon beantwoorden. Het was een icoon met drie vrouwen, de middelste daarvan zou volgens het bijschrift de heilige Catharina van Egypte zijn. Ik vroeg me af of dit dezelfde persoon was als de heilige Catharina van Alexandrië, die voorkomt op de Russische Orde van de Heilige Catharina. 
De conservator werd er bij gehaald, en deze gezellige, vriendelijke man bleef praten en praten en praten. De ene zijsprong na de andere. Het zweet parelde op zijn voorhoofd. Geweldig zo'n bevlogen man. Hij merkte aan mij dat hij beet had en hij liet niet meer los. Het ging uiteindelijk toch ook nog over de heilige Catharina waar ik naar gevraagd had en het was inderdaad de Catharina die ik dacht. Ze staat op het icoon echter niet afgebeeld met de gebruikelijke attributen zoals het rad waarop ze gemarteld werd. Ze is wel afgebeeld met een kroon, ik vond dat vreemd maar volgens mijn pas verworven 'Christelijke symboliek en iconigrafie' klopt dat wel degelijk.


In het verlengde van de ikonen is er een presentatie van lakwerk kistjes. Ik ken soortgelijke kistjes uit de KV collectie maar de uitleg hierbij zorgde er voor dat het een eye-opener werd. Allereerst de fabricage. Nooit gedacht dat ze gemaakt werden van papier-maché vermengd met olie, eiwit en hardingsmiddel, daarna in meerdere stappen verhit tot 600 graden. Een proces dat 1 of 2 maanden kon duren. Vervolgens een beschildering met een veelkleurige voorstelling en na droging meerdere lagen lak die aangebracht werd door aparte lakmeesters in absoluut stofvrije omstandigheden.
En dan nog een opmerkelijk feit. De voorstellingen zijn meestal Russische sprookjes, niet alleen omdat ze dat zo leuk vonden maar het was na de Russische revolutie in 1917 niet meer toegestaan om religieuze voorstellingen te maken. Door middel van de lakdoosjes is de techniek van het ikonenschilderen niet verloren gegaan en kon het na de val van de sovjetunie weer worden voortgezet.

In hetzelfde museum een tentoonstelling met werk van Henk Helmantel. Je kan er van zeggen wat je wil maar hij kan wel fenomenaal schilderen. Ik moet bekennen dat ik bij hem altijd een beetje een Jopie Huisman associatie heb, heel onterecht natuurlijk. Maar waarom schildert hij dan ook alleen maar van die suffe stillevens. 

 


In de stad zijn een aantal art-nouveau panden te vinden, die volgens een uitleg bij het informatiepunt in de stadskazerne, nu allemaal onder handen worden genomen, opgeknapt, opgeschilderd, in oorspronkelijke kleuren. Geel, mosgroen, ijzeroxiderood (dodekop), precies de kleuren die de watertoren in Schoonhoven volgens mij ook hoort te hebben, maar dat wil niemand geloven.

 

 

Het Stadsmuseum Kampen is voor langere tijd gesloten, dat wist ik vooraf, maar in de voormalige synagoge is een soort dependance van het museum. Daar heeft textielkunstenares Christie van der Haak een installatie gemaakt, en deze mevrouw houdt heel erg van patronen. Ze legt in een filmpje uit hoe je er naar moet kijken zonder gek te worden.

 
Het koningshuis is ook nooit ver


 

 En pas op voor de duif


zondag 20 juli 2025

Brielle en de tachtigjarige oorlog - Grand Tour 20

20 juli 2025 - De tachtigjarige oorlog

Ik dacht altijd Den Briel maar hier zeggen ze Brielle, dus dat doe ik dan ook maar in het vervolg. Brielle is een soort oase in een volstrekt oninteressante omgeving. De rit van Spijkenisse naar Brielle zou je het liefst met je ogen dicht doen want er is niets wat het aanzien waard is. Brielle zelf is een leuk oud vestingstadje waar alles draait om de Tachtigjarige Oorlog, Watergeuzen en Willem van Oranje. Geuzenvlaggen zie je overal, aankondigingen voor geuzenevenementen, ik ken iemand die ook elk jaar op 1 april in zo'n pak loopt om de bevrijding van Brielle na te spelen. De rest van het jaar is het gewoon een net persoon.

Midden op de markt, met aan één zijde de voormalige Hoofdwacht, nu restaurant, en aan de andere zijde het Stedelijk Museum, staat een bronzen beeld van Wilhelmina en een paar meter verder, hè hè eindelijk weer eens, een kroningsdeksel. Hoe toepasselijk deze plek.

 


Op de bovenverdieping van het Stedelijk Museum is de afdeling "Brielse Zeehelden"; die in feite maar bestaat uit één zeeheld, namelijk Maarten Harpertzn Tromp. Ik tel maar liefst een kleine dertig afbeeldingen van hem, hier in deze beperkte ruimte, geschilderd, als gravure, op porselein, op penningen, we kunnen er geen genoeg van krijgen. Op weg naar het museum kwam ik door een achterafstraatje waar in een gevel een steen was aangebracht met de vermelding dat daar het geboortehuis van Tromp was. Maar het was een moderne garage, ik dacht niet dat hij geboren was in een garage. Een gevatte mevrouw bij de receptie van het museum merkte op dat het kindje Jezus geboren was in een stal. Met andere woorden waarom niet? Wees toch niet altijd zo wantrouwend.

Het museum geeft een fantastisch goed, chronologisch opgebouwd overzicht van het verloop van de tachtigjarige oorlog. Al die dingen die je op school wel een keer geleerd had maar niet meer zo goed wist, vallen hier op zijn plaats. Ik weet nu weer alles over de tachtigjarige oorlog, voor een maand of zo, tot ik het weer vergeten ben. Ik dacht in de museumwinkel een mooi boekje te kopen met het hele verhaal er in, maar dat hebben ze dus niet. Alleen boekjes over specifieke deelonderwerpen. Ik kreeg al weer een déja-vu met het museum in Zutphen. Musea vergeten vaak de meest voor de hand liggende dingen in hun ijver om (te) gedetailleerde informatie te bieden. 

Beneden, in een aparte, afgesloten ruimte een tijdelijke expositie over Willem van Oranje en Charlotte de Bourbon. Ruim voorzien van bruiklenen van de Koninklijke Verzamelingen. De presentatie ziet er niet heel erg verzorgd uit, niet echt doorontworpen. De tekstbordjes zijn schots en scheef, ze hebben niet de moeite genomen ze van gelijke grootte te maken en op dezelfde hoogte te monteren. Het ziet er uit als haastwerk. Op de wanden een horizontale brede oranje baan met twee smalle blauwe banen, gelijk het lint van de Militaire Willemsorde, maar die kwam pas tweeënhalve eeuw later. Maar geen reden tot ongerustheid, de klimaatbeheersing staat op 'excellent' 

 

In het schilderijenhoekje weer een schilderij van Cornelis Springer. Gezicht op het Wellerondom en de Koopmanstraat. In Brielle natuurlijk. Ik heb het even opgezocht in de Springer-catalogus (waar niet eens alles in staat). Hij heeft minstens 18 schilderijen gemaakt in Brielle waarvan 3 met deze zelfde scene, maar dan net even anders. Het was echt een broodschilder.


Ik zag een richtingbordje met daarop '1 april monument'. Ik zag het eerst niet maar het bleek te gaan om een blootgelegde fundering waar nu een houten stellage bovenop gebouwd is. De fundering is van de voormalige Noordpoort en authentiek, het houten bouwwerk natuurlijk niet en dat is dan ook niet zonder slag of stoot tot stand gekomen, blijkens een pamflet van de aktiegroep 'red de Noordpoort' dat ik ergens achter een raam zag. De fundering is dus het monument, onthuld door Wilhelmina in 1922, het houtwerk is een kunstwerk en moet een idee geven van de voormalige Noordpoort waar de watergeuzen de stad binnenkwamen. Als uitkijktoren is het bouwwerk ongeschikt want veel te laag.

 


 

dinsdag 15 juli 2025

Miniaturen en Otto Dix - Grand Tour deel 19 - Zwolle

Zwolle - 15 juli 2025 

Miniaturenmuseum 

Zwolle heeft een miniaturenmuseum. Geen portretminiaturen maar meer van het kaliber beschilderde rijstkorrels. Het was eerst heel grootschalig opgezet in Amsterdam, in de Beurs van Berlage, en het was één van de best gewaardeerde dingen om te doen in Amsterdam, maar toen kwam corona, moest het de deuren sluiten en de man die het had opgezet raakte al zijn geld kwijt. Nu zijn het twee kamertjes boven een cafetaria in Zwolle, Tony's Trattoria. Het cafetaria is van de zoon van de initiatiefnemer en pa mag de kamertjes gebruiken op voorwaarde dat hij helpt in de bediening van het cafetaria. Dat klinkt amateuristisch allemaal en dat doet geen recht aan wat er te zien is. Het is te hopen dat er een betere en meer permanente oplossing gevonden wordt. In de tussentijd kan je de twee kamertjes bezoeken in combinatie met een kopje koffie voor 10 euro.

De miniaturen zijn allemaal het werk van één Turkse kunstenaar; Hasan Kale. Bijnaam Microlangelo. Hij gebruikt alledaagse voorwerpjes om zijn microschilderijen op te maken, zoals een stukje kauwgum, een medicijnpilletje, luciferkoppen, spaghetti, luciferdoosje, theezakje, scheermesje, vlindervleugel, koffieboon, rijstkorrel, suikerklontje, enz. De onderwerpen zijn vaak Turks, zoals een gezicht op Istanbul en de Bosporus, maar er zijn ook miniatuurtjes van beroemde schilderijen of portretten van personen. Bij aanvang krijg je een loep mee om het beter te kunnen zien. Er schijnen ook nog werken te zijn die je alleen met een microscoop goed kan bekijken maar die zijn hier nu niet te zien.

Ik kon eigenlijk geen goede foto's maken. Ik heb het geprobeerd met camera en met telefoon, maar het meeste was onscherp. De werkjes zitten achter glas en dat hielp ook niet mee. In werkelijkheid ziet het er een stuk beter uit dan op de foto's.


Het schijnt dat veel miniatuurtjes schimmel vertonen. Nu heeft de kunstenaar toegezegd eind dit jaar naar Nederland te komen en ze allemaal "even" opnieuw te schilderen. Elke dag één. Hij doet dat in een live voorstelling in een zaaltje. Er staat dan een camera op hem gericht en publiek kan zijn kunsten volgen op een groot beeldscherm. Er zijn nu ook al filmpjes te zien op Instagram. Verbazingwekkend genoeg werkt hij zonder loep of bril. Er is ook een heel grappig filmpje waarbij een mier wegrent met een korreltje suiker waar de Turkse vlag op geschilderd is. De kleinste Turkse vlag ter wereld.

 

Wandelroutes? 

Ik dacht dat ik goed voorbereid op pad ging naar Zwolle. Ik had kaartjes van verschillende te volgen thema wandelroutes; historische gebouwen, naoorlogse architectuur, muurschilderingen (2 routes), kunstwerken in de openbare ruimte, kinderroutes, en nog meer. Maar ik kwam er totaal niet uit. Ik kon bijna niets vinden. Toen ik het idee kreeg dat ik alleen maar aan het zoeken was naar dingen die er misschien helemaal niet (meer) zijn, heb ik alle routes weggegooid en ben willekeurig de stad in gegaan zoals ik altijd doe.

Straat met Jugendstil panden (met Chalet-stijl elementen). Niet eens in een architectuur route opgenomen!

 

Zwolle moet wel het lelijkste stadhuis van heel Nederland hebben. Het lijkt wel zo'n Franse graansilo midden in een historisch centrum. De korrel van de stad, zoals stedenbouwkundigen dat noemen, is volledig genegeerd. In de jaren 90 was het pand alweer te klein en veel ambtenaren zijn toen verhuisd naar het gemeentekantoor aan het Lübeckplein. En laat dat nou net het lelijkste plein van Nederland zijn. Arme ambtenaren van de Gemeente Zwolle, jullie treffen het niet.

Enkele van de schilderingen in de stad. Er zouden er wel zo'n 35 moeten zijn zegt men. De linker nog niet meegerekend want dat is een plafond in het NS station.
 

 Otto Dix - De Fundatie

 

Museum De Fundatie heeft bij een veiling een schilderij verworven van Otto Dix. Ze hebben daarvoor 100.000 euro geboden (de vooraf geschatte waarde was 40.000). Ik vond het meteen een vreemd schilderij voor Otto Dix. De Fundatie noemt het zelf ook a-typisch. Gemaakt in 1915, dus midden in de Eerste Wereldoorlog maar nog voor dat Dix zelf naar het front ging. Het is een overgangsportret zou je kunnen zeggen. Dix had zich vrijwillig aangemeld voor het leger maar ging pas september 1915 zelf naar het front. Toen kreeg hij pas echt met de ellende van de loopgravenoorlog te maken en dat zorgde voor een ommezwaai in zijn werk. Hij ging sterk anti-militaristisch werk maken met uitbeeldingen van de gruwelen en de onmenselijkheid van de oorlog, figuren met mismaakte koppen, kaartspelende oorlogsinvaliden. Dit portret is daaraan voorafgaand, tijdens zijn opleiding bij de artillerie waarmee hij nooit aan het front geweest is. De verklaring bij het werk luidt dat het gaat om de instructeur van Dix, en dat hij het maakte in ruil voor drie dagen verlof. 

Ik zie het vooral als een karikatuur. Het gaat om een portret van een onderofficier met een rood aangelopen hoofd, van iemand die wel een borreltje lust. Het is Bruno Alexander Roscher, een Feldwebel (sergeant) in een Saksische eenheid. Er zijn een paar eigenaardigheden. De onderscheidingen lijken fantasie, het saksische groen van de lintjes klopt wel maar ze zijn op een onrealistische manier gevouwen, eigenlijk een onmogelijke manier. Het lijkt een zilveren en een bronzen exemplaar van hetzelfde dus twee klassen, die nooit tegelijk gedragen zouden worden. Met wat moeite zijn de letters FAR te ontdekken, wat kan staan voor Feldartillerie-Regiment. Dix heeft inderdaad een opleiding gehad bij de saksische Feldartillerieregimenten 48 en 12. Dix is na zijn artillerieopleiding overgeplaatst naar een machinegeweereenheid (MG-Zug 390) bij Reserve-Infanterie-Regiment 102 en is daarmee naar het front gegaan. FAR kan ook staan voor de Friedrich August medaille, dat monogram ziet er anders uit en bovendien heeft die medaille een geel lintje met twee smalle streepjes. Die medaille is van 1905, bestaat in brons en zilver, voor rangen tot en met Feldwebel. Saksische eenheden hebben in de Eerste Wereldoorlog helemaal geen eigen onderscheidingen gehad dus naar mijn mening zijn die twee medailles fantasie, door Dix zelf verzonnen misschien om die officier te paaien of gewoon voor de grap. Ook vreemd is het metalen voorwerpje aan het uiteinde van de aiguillette, het rode koord. Normaal hoort daar een langwerpige pen aan te hangen (of twee zelfs) maar hier lijkt het een miniatuur van een artilleriegranaat met twee geleidebanden. Weer een parodie eigenlijk op een onderscheiding. 
De schouderpassant komt wel goed overeen met een saksisch Feldartillerieregiment, namelijk een kroontje boven een monogram en daaronder een ontploffende granaat. Het monogram lijkt FAR te zijn wat hoort bij König Friedrich August III von Sachsen, in gebruik vanaf 1904 en daarna de hele oorlog.
Op de kraag, op een heel ongebruikelijke, onlogische plaats, zit een decoratieve knoop met een wapen. Een gekroond schild geflankeerd door twee leeuwen als schildhouders. Het wapenschild is diagonaal gedeeld. Het moet het wapen van Saksen voorstellen. Ik denk ook weer een vrije toevoeging die Dix zelf heeft bedacht.

Kortom een karikaturaal portret met hier en daar wat humoristische elementen. Als hij inderdaad die drie dagen verlof heeft gehad dan had de Feldwebel ook wel gevoel voor humor. Hij is in ieder geval afgebeeld met onderscheidingen die hij als onderofficier nooit zou hebben gekregen en dat zal hij wel leuk gevonden hebben.

De conservatoren van de Fundatie kunnen dat werk natuurlijk perfect in zijn historische context plaatsen, maar ik vraag me af of ze alle subtiliteiten herkennen die er in verstopt zitten. Als je niet beter weet dan denk je toch dat er realistische onderscheidingen geschilderd zijn die aan de drager ook werkelijk verleend zijn. Met meer kennis krijgt het werk een andere betekenis en past het ook beter in de chronologie van Dix's werken.

 

Gezicht op de stad vanuit het Fundatie-ei

 


zondag 13 juli 2025

Noord-Korea in Gorinchem - Grand Tour 18

13 juli 2025 - Tentoonstelling in Museum Hendrick Hamel 

Ik geloof niet dat het toeval is dat de titel "Een veelbelovende ochtend" doet denken aan "Una giornata particolare" (Een bijzondere dag) van Ettore Scola. En eigenlijk is die vergelijking zo gek nog niet. De film speelt zich af tegen de achtergrond van een ontmoeting tussen Mussolini en Hitler. De Noord-Koreaanse schilderijen zijn doordrenkt met de utopie van de Grote Leider Kim Jong-un.


Het gaat hier om een tentoonstelling in museum Hendrick Hamel in Gorinchem. Een afgeleide van een eerdere tentoonstelling (2015) in het Drents Museum. 20 schilderijen uit een collectie van meer dan 100 van een privé-verzamelaar. En ik hou hier van.

 

 
"Vader en zoon". Mijnwerkers staan hoog in de hiërarchie van arbeiders. Het gaat hier ook om de solidariteit tussen arbeiders en een zoon die in de voetsporen van zijn vader treedt.

 

De schilderijen geven een door de staat geregisseerd beeld. Propaganda van de Kim Utopie. Thema's zijn: de Grote Leider, heroïsch verzet, het vruchtbare land, helden van de arbeid, Amerikaanse gruweldaden, verlangen naar hereniging, toekomst van de jeugd, industriële en wetenschappelijke vooruitgang, het leger als schild van de natie.

Het zal wel heel fout zijn maar ik vind dit fantastisch. Ook die heel precieze beschrijvingen bij elk schilderij. In Noord-Korea geen schilderijen met "zonder titel". Alles heeft een betekenis.
Linksboven: "Trots" een trotse verkeersagente belt haar collega's met het nieuws dat ze kaarten voor het nieuwjaarsconcert heeft. Kaarten voor culturele evenementen zijn een vorm van beloning.
Linksonder: "Encore" tijdens een troepentransport in de Koreaanse Oorlog hebben soldaten op het perron even tijd voor een sigaretje en wat geflirt met de conductrice.

De tentoonstelling stelt de vraag 'kan propaganda ook kunst zijn?' Nou wat mij betreft dus wel. De hier getoonde schilderijen zijn uit de periode 1960-2000 en geven een geïdealiseerd, paradijselijk land onder visionair leiderschap. De bevolking werkt aan welvaart en toekomst, iedereen lacht, iedereen blij. In de kunstgeschiedenis zijn zo vaak onrealistische geïdealiseerde scenes uitgebeeld.

De Koreaanse oorlog en de onstuitbare opmars van het volksleger naar de totale overwinning. Kinderen spelen op een vernielde Amerikaanse tank en schrijven patriottische leuzen. 

De scene met de jonge vrouw die op de kaart de opmars van het leger toont aan een militair, vertoont in alle opzichten gelijkenis met de Oostduitse Ingenieurin Jutta vom Alexanderplatz die ik vorig jaar in Bonn fotografeerde. Vrouwen in mannenberoepen, man-vrouw verhouding, vrouwen die alles kunnen bereiken, waar is het misgegaan? De Oostduitse heilstaat en de Utopie van Kim.

 

Het gaat om de schilderijen maar ik kom ook iets te weten over Hendrick Hamel, naar wie het museum is vernoemd. Hendrick Hamel (1630-1692) is geboren in Gorinchem, in de straat waar het museum nu is. Hij was bemanningslid van VOC schip De Sperwer dat in de wateren bij Korea te pletter sloeg op de rotsen. Samen met andere overlevenden van de schipbreuk werd hij 13 jaar gevangen gehouden in het land waarvan toen in Europa niets bekend was. Met zeven metgezellen wist hij in 1666 te ontsnappen. Hij schreef in opdracht van zijn VOC werkgevers een journaal over de schipbreuk, over de gevangenschap en het land Korea. Uitgegeven als boek werd het een groot succes en in vele talen vertaald. In Korea (Zuid-Korea nu) is Hendrick Hamel een beroemd figuur (volgens het museum net zo bekend als Guus Hiddink). Het museum gaat vooral over de Nederlands-Koreaanse betrekkingen, de cultuur, uitwisseling, geschiedenis, enz. Het journaal van Hendrick Hamel wordt nog steeds uitgegeven (in moderne taal).

 


Naschrift:
Een Hamel is een woord voor een gecastreerde ram. Die werden vaak gebruikt om een kudde bij elkaar te drijven. Ze kregen daarvoor een bel om hun nek gehangen. En wat is een hamel met een bel, precies, een belhamel. Soms kunnen dingen zo simpel zijn.