dinsdag 15 juli 2025

Miniaturen en Otto Dix - Grand Tour deel 19 - Zwolle

Zwolle - 15 juli 2025 

Miniaturenmuseum 

Zwolle heeft een miniaturenmuseum. Geen portretminiaturen maar meer van het kaliber beschilderde rijstkorrels. Het was eerst heel grootschalig opgezet in Amsterdam, in de Beurs van Berlage, en het was één van de best gewaardeerde dingen om te doen in Amsterdam, maar toen kwam corona, moest het de deuren sluiten en de man die het had opgezet raakte al zijn geld kwijt. Nu zijn het twee kamertjes boven een cafetaria in Zwolle, Tony's Trattoria. Het cafetaria is van de zoon van de initiatiefnemer en pa mag de kamertjes gebruiken op voorwaarde dat hij helpt in de bediening van het cafetaria. Dat klinkt amateuristisch allemaal en dat doet geen recht aan wat er te zien is. Het is te hopen dat er een betere en meer permanente oplossing gevonden wordt. In de tussentijd kan je de twee kamertjes bezoeken in combinatie met een kopje koffie voor 10 euro.

De miniaturen zijn allemaal het werk van één Turkse kunstenaar; Hasan Kale. Bijnaam Microlangelo. Hij gebruikt alledaagse voorwerpjes om zijn microschilderijen op te maken, zoals een stukje kauwgum, een medicijnpilletje, luciferkoppen, spaghetti, luciferdoosje, theezakje, scheermesje, vlindervleugel, koffieboon, rijstkorrel, suikerklontje, enz. De onderwerpen zijn vaak Turks, zoals een gezicht op Istanbul en de Bosporus, maar er zijn ook miniatuurtjes van beroemde schilderijen of portretten van personen. Bij aanvang krijg je een loep mee om het beter te kunnen zien. Er schijnen ook nog werken te zijn die je alleen met een microscoop goed kan bekijken maar die zijn hier nu niet te zien.

Ik kon eigenlijk geen goede foto's maken. Ik heb het geprobeerd met camera en met telefoon, maar het meeste was onscherp. De werkjes zitten achter glas en dat hielp ook niet mee. In werkelijkheid ziet het er een stuk beter uit dan op de foto's.


Het schijnt dat veel miniatuurtjes schimmel vertonen. Nu heeft de kunstenaar toegezegd eind dit jaar naar Nederland te komen en ze allemaal "even" opnieuw te schilderen. Elke dag één. Hij doet dat in een live voorstelling in een zaaltje. Er staat dan een camera op hem gericht en publiek kan zijn kunsten volgen op een groot beeldscherm. Er zijn nu ook al filmpjes te zien op Instagram. Verbazingwekkend genoeg werkt hij zonder loep of bril. Er is ook een heel grappig filmpje waarbij een mier wegrent met een korreltje suiker waar de Turkse vlag op geschilderd is. De kleinste Turkse vlag ter wereld.

 

Wandelroutes? 

Ik dacht dat ik goed voorbereid op pad ging naar Zwolle. Ik had kaartjes van verschillende te volgen thema wandelroutes; historische gebouwen, naoorlogse architectuur, muurschilderingen (2 routes), kunstwerken in de openbare ruimte, kinderroutes, en nog meer. Maar ik kwam er totaal niet uit. Ik kon bijna niets vinden. Toen ik het idee kreeg dat ik alleen maar aan het zoeken was naar dingen die er misschien helemaal niet (meer) zijn, heb ik alle routes weggegooid en ben willekeurig de stad in gegaan zoals ik altijd doe.

Straat met Jugendstil panden (met Chalet-stijl elementen). Niet eens in een architectuur route opgenomen!

 

Zwolle moet wel het lelijkste stadhuis van heel Nederland hebben. Het lijkt wel zo'n Franse graansilo midden in een historisch centrum. De korrel van de stad, zoals stedenbouwkundigen dat noemen, is volledig genegeerd. In de jaren 90 was het pand alweer te klein en veel ambtenaren zijn toen verhuisd naar het gemeentekantoor aan het Lübeckplein. En laat dat nou net het lelijkste plein van Nederland zijn. Arme ambtenaren van de Gemeente Zwolle, jullie treffen het niet.

Enkele van de schilderingen in de stad. Er zouden er wel zo'n 35 moeten zijn zegt men. De linker nog niet meegerekend want dat is een plafond in het NS station.
 

 Otto Dix - De Fundatie

 

Museum De Fundatie heeft bij een veiling een schilderij verworven van Otto Dix. Ze hebben daarvoor 100.000 euro geboden (de vooraf geschatte waarde was 40.000). Ik vond het meteen een vreemd schilderij voor Otto Dix. De Fundatie noemt het zelf ook a-typisch. Gemaakt in 1915, dus midden in de Eerste Wereldoorlog maar nog voor dat Dix zelf naar het front ging. Het is een overgangsportret zou je kunnen zeggen. Dix had zich vrijwillig aangemeld voor het leger maar ging pas september 1915 zelf naar het front. Toen kreeg hij pas echt met de ellende van de loopgravenoorlog te maken en dat zorgde voor een ommezwaai in zijn werk. Hij ging sterk anti-militaristisch werk maken met uitbeeldingen van de gruwelen en de onmenselijkheid van de oorlog, figuren met mismaakte koppen, kaartspelende oorlogsinvaliden. Dit portret is daaraan voorafgaand, tijdens zijn opleiding bij de artillerie waarmee hij nooit aan het front geweest is. De verklaring bij het werk luidt dat het gaat om de instructeur van Dix, en dat hij het maakte in ruil voor drie dagen verlof. 

Ik zie het vooral als een karikatuur. Het gaat om een portret van een onderofficier met een rood aangelopen hoofd, van iemand die wel een borreltje lust. Het is Bruno Alexander Roscher, een Feldwebel (sergeant) in een Saksische eenheid. Er zijn een paar eigenaardigheden. De onderscheidingen lijken fantasie, het saksische groen van de lintjes klopt wel maar ze zijn op een onrealistische manier gevouwen, eigenlijk een onmogelijke manier. Het lijkt een zilveren en een bronzen exemplaar van hetzelfde dus twee klassen, die nooit tegelijk gedragen zouden worden. Met wat moeite zijn de letters FAR te ontdekken, wat kan staan voor Feldartillerie-Regiment. Dix heeft inderdaad een opleiding gehad bij de saksische Feldartillerieregimenten 48 en 12. Dix is na zijn artillerieopleiding overgeplaatst naar een machinegeweereenheid (MG-Zug 390) bij Reserve-Infanterie-Regiment 102 en is daarmee naar het front gegaan. FAR kan ook staan voor de Friedrich August medaille, dat monogram ziet er anders uit en bovendien heeft die medaille een geel lintje met twee smalle streepjes. Die medaille is van 1905, bestaat in brons en zilver, voor rangen tot en met Feldwebel. Saksische eenheden hebben in de Eerste Wereldoorlog helemaal geen eigen onderscheidingen gehad dus naar mijn mening zijn die twee medailles fantasie, door Dix zelf verzonnen misschien om die officier te paaien of gewoon voor de grap. Ook vreemd is het metalen voorwerpje aan het uiteinde van de aiguillette, het rode koord. Normaal hoort daar een langwerpige pen aan te hangen (of twee zelfs) maar hier lijkt het een miniatuur van een artilleriegranaat met twee geleidebanden. Weer een parodie eigenlijk op een onderscheiding. 
De schouderpassant komt wel goed overeen met een saksisch Feldartillerieregiment, namelijk een kroontje boven een monogram en daaronder een ontploffende granaat. Het monogram lijkt FAR te zijn wat hoort bij König Friedrich August III von Sachsen, in gebruik vanaf 1904 en daarna de hele oorlog.
Op de kraag, op een heel ongebruikelijke, onlogische plaats, zit een decoratieve knoop met een wapen. Een gekroond schild geflankeerd door twee leeuwen als schildhouders. Het wapenschild is diagonaal gedeeld. Het moet het wapen van Saksen voorstellen. Ik denk ook weer een vrije toevoeging die Dix zelf heeft bedacht.

Kortom een karikaturaal portret met hier en daar wat humoristische elementen. Als hij inderdaad die drie dagen verlof heeft gehad dan had de Feldwebel ook wel gevoel voor humor. Hij is in ieder geval afgebeeld met onderscheidingen die hij als onderofficier nooit zou hebben gekregen en dat zal hij wel leuk gevonden hebben.

De conservatoren van de Fundatie kunnen dat werk natuurlijk perfect in zijn historische context plaatsen, maar ik vraag me af of ze alle subtiliteiten herkennen die er in verstopt zitten. Als je niet beter weet dan denk je toch dat er realistische onderscheidingen geschilderd zijn die aan de drager ook werkelijk verleend zijn. Met meer kennis krijgt het werk een andere betekenis en past het ook beter in de chronologie van Dix's werken.

 

Gezicht op de stad vanuit het Fundatie-ei

 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten